Amsterdam, 28 april 2018 – Er was dus al een regel die ervoor moest zorgen dat de werpers tussen de innings een beetje opschieten. Het probleem met die regel was dat ie niet werd gehandhaafd en dat de meeste spelers waarschijnlijk niet eens wisten van het bestaan van de regel.
Het grote verschil met de nieuwe regel die afgelopen woensdag door de bond werd aangekondigd was dan ook niet de 30 seconden die er ogenschijnlijk bijkwamen, maar de penalty’s die voor zowel de werper als de slagman zouden gelden. Een wijdbal voor de werper als ie te langzaam was, en een slagbal voor de slagman als ie niet in de box stond.
Ik schrijf hier ‘was het grote verschil’ omdat ik vanavond het bericht kreeg dat er helemaal niet gesanctioneerd wordt. “Er wordt alleen gekeken of het haalbaar is”, aldus een official die het zou moeten weten en “Ploegen worden wel aangespoord sneller te zijn” volgens een andere official.
Het enige echte verschil dat er dan nog overblijft is dat de oude regel uitgaat van 60 seconden vanaf het moment dat de werper op z’n plaat staat en bij de nieuwe regel de klok gaat lopen direct na de laatste nul. Vanaf dat moment hebben beide teams nu 90 seconden.
Omdat het in de Hoofdklasse eigenlijk niet voorkomt dat de werper in de slagvolgorde staat lukte het de werper in de regel wel om in de oude situatie binnen 30 seconden op de plaat te staan, dus feitelijk verandert er eigenlijk heel weinig. Er wordt dus niet getest met handhaving zoals wel was aangekondigd en zoals ik eerder vandaag dus schreef.
Wat overblijft is de extra aandacht die nu gegeven wordt aan sneller wisselen, en dat kan natuurlijk helemaal geen kwaad. Wat mij betreft wordt deze regel dan ook op 28 mei direct definitief ingevoerd, en dan mét penalty’s. Want reken maar dat als het in de pilot-periode niet haalbaar blijkt te zijn, dit met sanctie ineens wél te kunnen.
En je kan het de vele clubscheidsrechters misschien niet aandoen, maar wat mij betreft wordt de regel dan ook direct in alle andere klassen doorgevoerd. Want hoewel je het daar misschien niet per se voor het publiek hoeft te doen, voor de spelers zelf is het ook niet erg om een beetje meer tempo in het spel te hebben.