New York, 19 juli 2017 – De volgers van de HCAW Reserve Reserves was het waarschijnlijk al opgevallen: Ik zit in New York. Niet voor m’n lol natuurlijk, maar ter inspiratie.
Gisteren en eergisteren was ik bij de Mets op Citi Field. Het enige dat/die me daar aan Nederland deed denken was Paul de Jong, wie zegt u? Ok, om het helemaal goed te schrijven Paul DeJong. Een speler van de Cardinals die een aardige homerun wist te slaan. In 2021 maar ‘ns kijken of we voor die jongen misschien een Nederlands paspoort kunnen regelen.
Verder valt er voor het Nederlandse honkbal weinig te halen in de Major League. Te groot, te perfect, te rijk. Zelfs het gebruik van een klok, na elke play en tussen de slagbeurten in begint dat ding af te tellen, verstoort het spel niet. (Off topic, maar m’n stokpaardje)
Van de Minor Leagues daarentegen kunnen we denk ik wel het een en ander opsteken, en eigenlijk doen we dat al een beetje, soms. Daar moest ik dus aan denken vanavond toen ik op de tribune zat bij de wedstrijd tussen de Brooklyn Cyclones en de Staten Island Yankees, juist ja, de Minor League versie van de Subway Series.
Om te beginnen heeft de KNBSB opgeroepen de wedstrijden meer tot een event te maken. Dat was het vanavond zeker ook. Bij binnenkomst kreeg ik een Cyclones jersey met de naam van inmiddels Mets-ster Conforto op de rug, allerlei bobbleheads gratis (wie fan is van Logan Forsythe mag zich melden), een pre-game show op het grote scherm met leuke informatie over de spelers, tussen bijna elke inning een race of een ander gesponsord spelletje op het veld waarmee toeschouwers iets onbenulligs konden winnen, twee keer een eerste bal van de wedstrijd, de eerste gegooid door een politieman, de tweede door een semi-beroemdheid.
Op elke dug-out dartelde drie cheerleaders en er werd door de kinderen op de eerste rijen vrolijk meegedanst. Ook de mascottes, Pee Wee en Sandy the Seagull deden op het veld goed hun best om het publiek te vermaken. Net als King Henry, een kruising tussen Santa Claus en Dik Trom die de hele avond aan elkaar praatte, nou ja, schreeuwde.
V.l.n.r. Pee Wee, Sandy the Seagull en King Henry
En dan natuurlijk het volkslied, ook twee keer. De eerste keer voor de wedstrijd door een jong meisje bij wie iedereen stilletjes hoopte dat ze niet zou breken bij de hoge noten, en dat deed ze dan ook nét niet, en de tweede keer net voor de seventh inning stretch door een dame met een stuk stevigere stem. Je zou er bijna patriottisch van worden.
Voor de tweede keer het volkslied, vol overgave
Een klein zijstapje: Ik had gisteren via StubHub een heel goed kaartje weten te scoren dat me recht gaf op toegang tot de Delta Lounge achter de thuisplaat, het Walhalla van de VIPS-wannabees in het stadion van de Mets. Toen ik daar net voor de wedstrijd even naar binnen stapte om van de airco te genieten (het is hier 30 graden) en daarna weer naar buiten wilde mocht dat niet omdat iedereen op de tribune met z’n pet in z’n ene hand en z’n andere hand op de borst het volkslied mee zat te blèren. Hoe anders binnen bij de VIPS! Wat een respectloze herrie. De tv’s met beelden van het veld stonden aan, dus zeggen dat ze het binnen niet wisten is ongeloofwaardig. Iedereen ging gewoon door met eten, schreeuwen, blaten, drinken en nog meer eten. Die vaderlandsliefde viel me dus wel even goed tegen!
Maar goed, wat we kunnen leren van de Minor Leagues dus. Het was een feestje op de tribune, een echt familiefeestje want je brak je nek over de kinderen.
Het veld op Coney Island is van kunstgras, ook rond de honken. Dat scheelt de Cyclones elk jaar vast bakken met geld aan onderhoud. Bij HCAW ligt er sinds begin dit jaar ook op het 2e veld kunstgras. Wat een fantastische oplossing, niet alleen ben je af van het moeilijk te onderhouden veld, de bijbehorende kosten, maar ook ligt de wedstrijd er niet bij de eerste regendruppel al uit. Het aanleggen is natuurlijk niet goedkoop, maar je bereikt al snel het punt dat het een bezuiniging is geworden. Als het bij de profs van de Cyclones kan, dan kan het ook in de Nederlandse Hoofdklasse.
Het kunstgrasveld 2 bij HCAW
Op het veld viel me ook iets anders op: er stonden ‘maar’ twee scheidsrechters. Maar voordat ik het hele scheidsrechters-gilde over me heen krijg: Natuurlijk zien drie meer dan twee, en vier zien weer meer dan drie. Maar laten we eerlijk zijn, als ‘wij’ in Nederland klagen, dan komt dat over het algemeen niet omdat een scheidsrechter verkeerd gepositioneerd was omdat hij niet op twee plekken tegelijk kan zijn. We hebben vaak gewoon iets anders gezien dan de ump. Slag was wijd en andersom, en safe was out en omgekeerd. Vanavond ging het ook één keer mis, met een check-swing, en de veldscheidsrechter stond niet bij de lijn. Maar sorry hoor, iedereen, maar dan ook alle 6.034 bezoekers in het stadion, had gezien dat het een hele dikke vette swing was. Op één iemand na, en ik denk niet dat het geholpen had als ie ergens anders had gestaan.
We zijn dus op de goede weg in Nederland. Na HCAW en DSS krijgt ook Pirates volgend seizoen een kunstgrasveld, twee zelfs.
Dat experimenteren met twee scheidsrechters moeten we ook maar overal definitief doorvoeren. Die mannen zijn daarbij ook veel te hard nodig om niet beter te verdelen tussen al die topsport wedstrijden. En misschien krijgen alle Hoofdklasse Alu wedstrijden dan ook weer twee bonds umps!
Als er dan wat geld overblijft dan kan dat in het entertainment gestoken worden, want ook dat moet betaald worden natuurlijk. Maar helaas blijft er in Nederland meestal geen geld over en is het al mooi als de ‘aangewezen vrijwilligers’ die elk weekend de jeugdwedstrijden scheidsrechteren één gratis consumptie krijgen na de wedstrijd.