23 oktober 2020 – Vanmorgen in Rome mocht bondsvoorzitter Andrea Marcon zijn honkballers van Bologna en softbalsters van Bollate presenteren aan Giovanni Malago, president van het Italiaans Olympisch Commitee CONI. Dat gebeurde in het prestigieuze paleis van deze sportkoepel, die in de huidige coronacrisis ook te stellen heeft met het verschil tussen beroepsvoetbal en de overige sporten.
Hoewel juist onder die voetballers veel testen positief uitpakken, durft minister Spadafora het licht nog niet op rood te zetten voor deze dure industrie. In het voorjaar investeerde Marcon 1,4 miljoen euro in zijn clubs om de competities op gang te brengen en vandaag verleende CONI-voorzitter Malago audiëntie aan de landskampioenen honkbal en softbal, alsmede aan de tripla corona winnaars Federico Celli voor honkbal en de softbalsters Ilaria Cacciamani voor haar pitching en Beatrice Ricchi voor haar slagwerk.
Malago schetste in zijn toespraak, dat hij vanuit zijn functie al toegewijd is aan hit and run, maar dat hij tevens een assistente heeft die softbal speelt en hem regelmatig op de hoogte houdt over wel en wee van haar club en bond. Persoonlijke relaties kunnen altijd gunstig uitwerken in samenwerking. De uitnodiging van het CONI heeft bondsvoorzitter Marcon aan zichzelf te danken, omdat hij vooral in het voorjaar keihard en innovatief heeft gewerkt om als niet-contactsport eerder op de velden terug te keren met hulp van zelfstandig uitgewerkte protocollen voor trainingen en wedstrijden. Bij de voorbereidingen op de bondsverkiezing op 7 november a.s. kan Marcon bouwen op de sympathie bij een groot deel van de lager spelende clubs, die veel hulp aangereikt kregen vanuit het bondsbureau in Rome. De Olympische lof, die Marcon vandaag ontving, gaat als een lopend vuurtje door de steden van honkballand Italië.
Op de ongebruikelijke verklaring van de KNBSB, die in Engelse bewoordingen de volledige steun voor Marcon uitspreekt op internet, wordt met verbazing gereageerd. Zoiets heet inmenging in binnenlandse aangelegenheden en bekendmaking ervan in Italië kan juist contraproductief uitwerken voor Marcon. De strijd om de voorzittershamer in Nederland gaat om een onbetaalde bijbaan in een polderende honkbalkring, maar in de Italiaanse concurrentie gaat het om een uitstekend gesalarieerde voltijdsbaan met veel aanzien en invloed. Kijk maar naar de roemrijke carrière van Aldo Notari, die de overleden Guus van der Heijden opvolgde als Europees voorzitter en vervolgens mondiaal voorzitter werd. Later werd de uitgerangeerde Riccardo Fraccari door de KNBSB in het Europees zadel geholpen, waarna ook hij tot mondiaal voorzitter gekozen werd. Nu zit het kamp Fraccari & Fochi achter Marcon’s tegenkandidaat Massimo De Luca. Als hij wint, zit Nieuwegein met de gebakken peren. Waarschijnlijk is de Nederlandse liefdesverklaring echter nu al bekend in het hoofdkantoor van de WBSC.
Vanmorgen in Rome, bezocht Marcon afgelopen middag al weer honkbalstad Grosseto, waar hij sprak met het ambitieuse bestuur van de plaatselijke club en werd hij geinterviewd door de vooraanstaande journalist Maurizio Caldarelli, vaak schrijvend voor La Gazzetta dello Sport, maar nu voor website Baseball.it: “We zijn zeer tevreden over hoe de dingen dit seizoen gelopen zijn en over het feit dat president Malago van het CONI op vrijdagmorgen de landskampioenen van honkbal en softbal heeft willen ontvangen. Dit laatste is toch wel het belangrijkste bewijs van alles wat we tot nu toe gedaan hebben. De kwestie Covid was het eerste criterium, waarvoor we verschillende protocollen hebben voorbereid met verschillende zienswijzen daarop, maar tenslotte konden honkbal en softbal het veld op als gezonde sporten. De enkele positieve testen bleken achteraf geisoleerde gevallen. Belangrijke resultaten werpen licht op onze toekomst. We omhelzen de terugkeer van clubs uit Grosseto, Milaan, Rimini en Nettuno!” aldus een trotse en zelfverzekerde Marcon.