Amsterdam, 21 juli 2016 – Al jaren wordt tijdens de Honkbalweek in de achtste inning “De Vlieger” van Hazes ingestart door de mensen achter de knoppen op de perstribune. Als de eerste klanken uit de luidsprekers klinken neemt het publiek het over.
Mensen die voor het eerst een wedstrijdje komen kijken schrikken zich dan het apezuur van de hoeveelheid mensen die de Jordaanse klassieker uit volle borst meezingen. Als ze nog dachten dat honkbal een elitaire sport was, dan zijn ze door deze ervaring in één klap van die waan verlost.
Dit jaar doet de Haarlemse Honkbalweek een paar dingen anders dan bij de vorige edities. Om te beginnen worden we nu geacht Honkbal Week Haarlem te zeggen. Het is even wennen, en je kan je afvragen of zo’n naamsverandering echt nodig is, maar als je dingen herkenbaar anders wil doen dan in het verleden dan kan zo’n naamsverandering helpen.
Uit betrouwbare bron weet ik dat deze naamswijziging en het nieuwe bijbehorend beeldmerk ook geen godsvermogen heeft gekost, iets waar je dan altijd een beetje bang voor bent.
We zijn nu aanbeland bij de Finaledagen van het toernooi en je kan voorzichtig concluderen dat de Honkbal Week Haarlem dit jaar een groot succes is geworden. Het stadion is al een paar keer helemaal uitverkocht geweest en door de iets kleinere capaciteit leek het elke wedstrijd minimaal gezellig druk.
Elke dag een ander leuk gekozen thema met voor mij Legends Day als persoonlijk hoogtepuntje. Nederland doet het goed, ook prettig voor de organisatie. En als Oranje speelt is dat altijd in de avond zodat een maximaal aantal mensen kan genieten van Oranje. Slimme zet, maar daar draait het dan ook om tijdens de Honkbal Week, om het publiek.
Ik begrijp dan ook niet zo goed waarom de organisatie gestopt is met het draaien van “De Vlieger”. Past dit niet bij de nieuwe uitstraling die ze willen hebben? Feit blijft dat het recalcitrante Honkbalweekpubliek toch altijd zal blijven doen wat ze zelf willen, of eigenlijk moet ik zeggen wat ‘we’ zelf willen.
Op het derde honk werd daarom de afgelopen dagen in de achtste innings dan maar zelf begonnen met “M’n zoon was gisteren jarig, hij werd acht jaar oud m’n schat” en hoewel het niet altijd zo massaal is als voorgaande jaren wordt ie wel elke keer helemaal uitgezongen. Ook als de eerste slagman van de volgende slagbeurt al lang en breed in de box staat.
Dat was ‘vroeger’ ook al zo. De muziek werd netjes uitgezet, maar het publieke tetterde nog lekker een minuutje of wat door. Als het echt massaal werd, en er stond toevallig een slagman in het slagperk die óf veel gevoel voor sfeer had óf een zeurpiet was, dan stapte deze uit en maakte nog een paar swings tot het moment dat de laatste “Hoog in de hemel is” had geklonken.
Gisteren had de organisatie een mooie verassing in petto. In de achtste inning hoefde het publiek op het derde honk het namelijk niet meer alleen te doen. Mick Harren kreeg een microfoon en de tijd om vanaf de tribune achter de thuisplaat De Vlieger ten gehore te brengen.
Maar in plaats van het geluid uit te draaien en onversterkt door te gaan kreeg hij de kans om het hele lied op vol volume uit te zingen. Het publiek viel in twee delen uiteen. De gezelligerds die het allemaal wel prima vonden en de wat meer serieuze honkballiefhebbers die het Nederlands Team nogal vertwijfeld op het veld zagen staan. Respectloos, was hun mening.
Vandaag werd via het Facebook account van Honkbalweek Haarlem het filmpje van de stadionversie van het Sterren Muziekfeest op het Plein gedeeld. Niet iedereen zal dit gezien hebben en nog minder mensen zullen de reacties gelezen hebben. Tom Stuifbergen, speler van het Nederlands Team in ieder geval wél en hij zorgde meteen voor wat meer duidelijkheid.
Hij wist namelijk te vertellen dat de organisatie vooraf had gemeld dat ze dit van plan waren te doen in de achtste inning. Het entertainment is tenslotte een belangrijker onderdeel geworden van de Honkbal Week, en het werkt!
Kennelijk was er bij de Nederlandse spelers iets misgegaan in de communicatie waardoor niet iedereen op de hoogte was en ze dus toch ineens op het veld stonden, in plaats van in de dug-out te blijven, wat ze verzocht was.
Het extra minuutje wachten was geen ramp natuurlijk, en nu duidelijk is dat dit ook zeker niet respectloos is gegaan kan het publiek weer onverdeeld genieten van de Honkbal Week.
Om het helemaal af te maken zou de organisatie dat bandje van De Vlieger weer even moeten opsnorren. Instarten in de achtste inning, wegdraaien voor de eerste pitch, en het publiek doet de rest!